Lade automatisch omschakelen als het papier op is
Als het papier in de laden (de papierlade (Lade 1/2/3/4) of de MP-lade) van hetzelfde mediaformaat, papiergewicht en papiersoort is, kunt u instellen dat het apparaat doorgaat met afdrukken vanuit een andere lade wanneer de invoerlade leeg is.
Selecteer op het bedieningspaneel eerst Autom. ladewissel. Selecteer daarna Autom. ladewissel in het printerstuurprogramma.
![]()
Configureer voor zowel het apparaat als het printerstuurprogramma dezelfde papierinstellingen van de lade.
Bij gebruik van de MP-lade
Voor de MP-lade is standaard [When Mismatching (Bij inconsistentie)] ingesteld. In dit geval is op de MP-lade geen autom. ladewissel van toepassing.
Gebruik de volgende instellingen om de MP-lade als doel voor autom. ladewissel in te stellen.
Controleer of "Ready To Print (Klaar voor afdruk)" op het display verschijnt.

- Als dit apparaat in de energiespaarstand staat, druk dan op «POWER SAVE (ENERGIESPAARSTAND)» om die uit te schakelen.
Druk op «Fn» op het bedieningspaneel.
- Druk op het functioneel nummerscherm op «9», «5» en «OK».
Druk op de scrollknop ▲ om [Normal Tray (Normale cassette)] te selecteren en druk op «OK».

- De laden worden omgeschakeld volgens de instelling van [Tray Sequence (cassettevolgorde)].
- Druk op «ONLINE» om terug te gaan naar het stand-byscherm.
Voor PCL-printerstuurprogramma voor Windows
- Open het af te drukken bestand.
- Selecteer [Print (Afdrukken)] in het [File (Bestand)]-menu.
- Klik op [Preferences (Voorkeuren)].
- Klik op [Paper Feed Options (Papierinvoeropties)] op het tabblad [Setup (Setup)].
- Controleer [Auto Tray Change (Automatische ladewisseling)] in [Paper feed options (Papierinvoeropties)] en klik op [OK].
- Geef indien nodig overige instellingen op en klik op [OK].
- Klik op [Print (Afdrukken)] in het scherm [Print (Afdrukken)].
Voor PS-printerstuurprogramma voor Windows
- Open het af te drukken bestand.
- Selecteer [Print (Afdrukken)] in het [File (Bestand)]-menu.
- Klik op [Preferences (Voorkeuren)].
- Klik op [Advanced (Geavanceerd)] in het [Layout (Lay-out)]-menu.
- Ga naar [Tray Switch (Lade selecteren)] in [Printer Features (Printerfuncties)] en selecteer [On (Aan)].
- Klik op [OK].
- Geef indien nodig overige instellingen op en klik op [OK].
- Klik op [Print (Afdrukken)] in het scherm [Print (Afdrukken)].
Voor macOS
- Open het af te drukken bestand.
- Selecteer [Print (Afdrukken)] in het [File (Bestand)]-menu.
- Selecteer het [Print Options (Printopties)]-paneel.
- Controleer [Tray Switch (Lade selecteren)] in het tabblad [Feed (Invoer)].
Geef indien nodig overige instellingen op en klik op [Print (Afdrukken)].
![]()
- Als er geen detailinstellingen worden weergegeven in het scherm [Print (Afdrukken)], klik dan op [Show details (Details weergeven)] onderaan het scherm.
