Instellingen Uitvoerlade

Het apparaat voert het papier naar de uitvoerlade, bovenste uitvoerlade boven of uitvoerlade achter. De volgende papiersoorten kunnen worden uitgevoerd naar elke lade.

  1. Druk [Device Settings (Apparaatinstellingen)] op het aanraakpaneel.

  2. Druk op [Paper Setup (Papierinstellingen)].

  3. Druk meerdere keren op of en druk op [Output Tray (Uitvoerlade)].

  4. Stel de uitvoerlade in die u voor iedere functie wilt gebruiken.

Beschikbaar papier voor de uitvoerlades.

Uitvoerlade

Ondersteunde papiersoort

Capaciteit

Uitvoerlade

  • Gewoon papier

  • Gerecycled papier

250 vellen (80 g/m2)

Bovenst uitvoerlade

  • Gewoon papier

  • Gerecycled papier

100 vellen (80 g/m2)

Achterste uitvoerlade

  • Gewoon papier

  • Gerecycled papier

  • Envelop

  • 3x5 inch, 4x6 inch, 5x7 inch

  • Etiket

  • 100 vellen (80 g/m2)

  • 10 vellen (dik papier en enveloppen)

Opmerking

Open of sluit de achterste uitvoerlade niet tijdens het afdrukken. Doet u dit wel, dan kan dit leiden tot papierstoringen.

Gebruik deze uitvoerlades voor gewoon papier. Papier wordt met de afgedrukte kant naar beneden uitgevoerd.

Zij zijn niet beschikbaar voor enveloppen, labels of lang papier.

Controleer of de achterste uitvoerlade aan de achterzijde van de machine is gesloten. Wanneer de uitvoerlade aan de achterzijde open is, wordt het papier altijd via de Uitvoerlade aan de achterzijde uitgevoerd.

Memo

Open de papiersteun, zodat de afdrukken niet uit de uitvoerbak vallen.

Gebruik de uitvoerlade aan de achterzijde voor het printen van enveloppen, labels of lang papier.

Papier wordt met de afgedrukte kant naar boven uit de machine uitgevoerd. Gewoon papier is ook voor deze uitvoerlade beschikbaar.

  1. Open de achterste uitvoerlade (F) aan de achterzijde van de machine.

  2. Vouw de papiersteun uit.

  3. Open de onderste steun.