Afdrukinstellingen
Menu Afdrukken
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
|||
---|---|---|---|---|---|
Afdrukinstellingen |
Kopieën |
1 Set(s) |
Stelt het aantal exemplaren in. Voor plaatselijk afdrukken is deze instelling ongeldig, behalve voor demo-gegevens. Beschikbaar bereik: 1 tot 999 |
||
Duplex |
UIT |
Schakelt de duplex-functie in en uit. [UIT]: normaal printen [Bind lange kant]: duplex afdrukken voor binden aan de lange kant [Bind lange kant]: duplex afdrukken voor binden aan de korte kant |
|||
Mediacontrole |
Inschakelen |
Hiermee stelt u in te controleren of de papierafmeting overeenkomt met de papierafmeting in de lade. |
|||
A4/Letter overschrijven |
Ja |
Stel de functie in die automatisch het papier dat wordt afgedrukt verandert van A4 in Letter, als een lade geen A4-papier meer heeft en er Letter-papier wordt geplaatst of van Letter naar A4, als een lade geen Letter-papier meer heeft. |
|||
Resolutie |
600dpi |
Stelt de resolutie in. |
|||
Toner besparen |
Tonerbesparingsniveau |
UIT |
Stelt de hoeveelheid toner in die gespaard wordt. Deze instelling wordt ingeschakeld wanneer men kopieert, afdrukt, ontvangen faxen afdrukt en als men vanuit het USB-geheugen afdrukt. |
||
Kleur |
Alle |
[Alle]: Toner besparen wordt toegepast op alle kleuren, waaronder 100% zwart. [Uitgezonderd 100% zwart]: Toner besparen wordt toegepast op alle kleuren, met uitzondering van 100% zwart. Deze functie wordt alleen toegepast bij het afdrukken. |
|||
Monochrome afdrukmodus |
Auto |
Stelt de afdrukmodus in voor zwartwitpagina's. Er zijn twee soorten afdrukmodi, de kleurmodus en de monochrome modus. De kleurmodus gebruikt CMYK-afbeeldingsdrums om af te drukken. De monochrome modus gebruikt alleen de K-afbeeldingsdrum om af te drukken. [Auto (Automatisch)]: Als de eerste pagina in zwart-wit is, wordt deze afgedrukt in de monochrome modus. Wanneer er een pagina in kleur is, schakelt het apparaat automatisch over naar de kleurmodus en drukt het de resterende paginas af in de kleurmodus. [Color Mode (Kleurmodus)]: Drukt altijd af in de kleurmodus. [Normal Mode (Normale modus)]: Drukt een zwart-witpagina af in de monochrome modus en een kleurenpagina in de kleurmodus. |
|||
Oriëntatie |
Staand |
Selecteert de paginarichting. |
|||
Formaat bewerken |
Cassettegrootte |
Stelt de grootte van het afdrukgebied op pagina's in voor wanneer de computer geen papierformaat opgeeft aan de printer. |
|||
Breed/Lengte |
210 mm (8,3 inch) of 216 mm (8,5 inch) |
Stelt de breedte in voor het aangepaste papierformaat. Beschikbaar bereik: 64 tot 297 mm (2,5 tot 11,7 inch) |
|||
297 mm (11,7 inch) of 279 mm (11,0 inch) |
Stelt de lengte in voor het aangepaste papierformaat. Beschikbaar bereik: 90 tot 1,321 mm (3,5 tot 52,0 inch) |
||||
Afdrukaanpassingen |
Handmatige time-out |
60 seconden |
Stelt in hoeveel seconden de machine zal wachten op papierinvoer alvorens een opdracht te annuleren als men de handmatige invoer gebruikt. |
||
Time-out In-taak |
40 seconden |
Stelt in hoeveel seconden de machine wacht totdat er pagina's worden uitgevoerd als het verwerken van de ontvangen data stopt. |
|||
Time-out lokaal |
40 seconden |
Stelt in hoe lang elke poort open blijft nadat een taak voltooid is. (Het netwerk is uitgesloten.) |
|||
Time-out netwerk |
90 seconden |
Stelt in hoe lang de netwerkpoort open blijft nadat een taak voltooid is. |
|||
Afdrukmodus zonder kleurtoner |
Alarm |
Stelt de werking in wanneer de kleurentoner bijna leeg is. [Alarm (Alarm)]: Het apparaat drukt geen afdruktaak in kleur af en stopt. Vervang deze door een nieuwe. [Cancel (Annuleren)]: Annuleert automatisch een nieuwe afdruktaak. Vervang deze door een nieuwe. |
|||
Storing verhelpen |
Inschakelen |
Stelt in of de pagina's die niet afgedrukt zijn op grond van een papierstoring opnieuw afgedrukt moeten worden nadat de storing is opgelost. |
|||
Zwarte instellingen regulier papier |
0 |
Doet subtiele aanpassingen als het zwartcontrast zwak wordt of vlekken of lijnen op beginnen te vallen bij het afdrukken op gewoon papier. Verlaag de waarde als er fijne vlekjes of lijnen verschijnen. Verhoog de waarde als het donkere gedeelte licht wordt. |
|||
Kleurinstellingen regulier papier |
0 |
Doet subtiele aanpassingen als het kleurcontrast zwak wordt of vlekken of lijnen op beginnen te vallen bij het afdrukken op gewoon papier. Verlaag de waarde als er fijne vlekjes of lijnen verschijnen. Verhoog de waarde als het donkere gedeelte licht wordt. |
|||
Instellingen transparanten zwart |
0 |
Doet subtiele aanpassingen als het zwartcontrast zwak wordt of vlekken of lijnen op beginnen te vallen bij het afdrukken op speciaal papier. Verlaag de waarde als er fijne vlekjes of lijnen verschijnen. Verhoog de waarde als het donkere gedeelte licht wordt. |
|||
Instellingen transparanten kleur |
0 |
Doet subtiele aanpassingen als het kleurcontrast zwak wordt of vlekken of lijnen op beginnen te vallen bij het afdrukken op speciaal papier. Verlaag de waarde als er fijne vlekjes of lijnen verschijnen. Verhoog de waarde als het donkere gedeelte licht wordt. |
|||
SMR-instellingen |
Zwart |
0 |
Hiermee corrigeert u variaties in afdrukresultaten die worden veroorzaakt door temperatuur- en vochtigheidsomstandigheden en verschillen in afdrukdichtheid en -frequentie. Wijzig de instelling als de afdrukkwaliteit ongelijk is. |
||
Geel |
0 |
||||
Magenta |
0 |
||||
Cyaan |
0 |
||||
BG-instellingen |
Zwart |
0 |
Hiermee corrigeert u variaties in afdrukresultaten die worden veroorzaakt door temperatuur- en vochtigheidsomstandigheden en verschillen in afdrukdichtheid en -frequentie. Wijzig de instelling als de achtergrond donker is. |
||
Geel |
0 |
||||
Magenta |
0 |
||||
Cyaan |
0 |
||||
Vochtcontrole |
Uit |
Houdt de voorrand van het papier uit de buurt van vocht. Schakel over naar [Mode2 (Modus2)] als het gewenste effect niet bereikt is in [Mode1 (Modus1)]. [Effect: Mode1 < Mode2 (Effect: Modus1 < Modus2)] Instellen op [Mode1 (Modus1)] of [Mode2 (Modus2)] verlengt in tegenstelling tot [Off (Uit)] de opwarmtijd en vertraagt de afdruksnelheid. Memo[Mode1 (Modus1)] gaat condensvorming tegen en verkort de tijd waarop het afdrukken begint wanneer de overgangsinstelling van de energiebesparende modus uitgeschakeld is of een langere overgangstijd geselecteerd is. Wanneer de stroom echter ingeschakeld wordt of het afdrukken begint na het activeren van de energiebesparende modus, wordt de opwarmtijd verlengd zoals het geval is in [Mode2 (Modus2)]. |
|||
Snelheid smal papier |
Modus1 |
Stelt de afdruksnelheid in voor smal papier. |
|||
Opwarmcontrole |
Uit |
Stelt in hoe de lamp opgewarmd wordt. |
|||
Aanp. afdrukpositie |
Lade 1 |
X-aanpassing |
0 mm |
|
|
Y-aanpassing |
0 mm |
||||
Duplex X aanpassen |
0 mm |
||||
Duplex Y aanpassen |
0 mm |
||||
Lade 2/3/4 (optioneel) |
X-aanpassing |
0 mm |
|||
Y-aanpassing |
0 mm |
||||
Duplex X aanpassen |
0 mm |
||||
Duplex Y aanpassen |
0 mm |
||||
MP-lade |
X-aanpassing |
0 mm |
|||
Y-aanpassing |
0 mm |
||||
Duplex X aanpassen |
0 mm |
||||
Duplex Y aanpassen |
0 mm |
||||
Reinigen van afbeeldingsdrums |
UIT |
Stelt in of u de drum moet schoonmaken voor het afdrukken. Men kan een verbetering van de beeldkwaliteit verwachten. |
|||
Heximale dump |
UIT |
Hiermee drukt u de gegevens af die in hexadecimale dumpindeling zijn ontvangen van de hostcomputer. Om met afdrukken te stoppen schakelt u de machine uit. |
Menu Kleur
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
|
---|---|---|---|
Dichtheidscontrole |
Auto |
Selecteer "Auto" of "Handmatig" om de dichtheid aan te passen. |
|
Compensatie concentratie |
- |
De dichtheid wordt onmiddellijk nadat dit menu geselecteerd wordt aangepast. |
|
Kleurafstelling/afdrukpatroon |
- |
Er wordt een testpagina afgedrukt om te controleren welke aanpaswaarde ingevoerd moet worden voor de andere C/M/Y/K-afstellingsmenu's. |
|
Afstelling cyaan |
Highlight cyaan |
0 |
Pas de waarde voor highlight/midtoon/donker voor elke kleur aan met behulp een schaal van -3 tot +3. + : Donkerder gemaakt. - : Lichter gemaakt. |
Midtoon cyaan |
0 |
||
Donkercyaan |
0 |
||
Afstelling magenta |
Highlight magenta |
0 |
|
Midtoon magenta |
0 |
||
Donkermagenta |
0 |
||
Afstelling geel |
Highlight geel |
0 |
|
Midtoon geel |
0 |
||
Donkergeel |
0 |
||
Afstelling zwart |
Highlight zwart |
0 |
|
Midtoon zwart |
0 |
||
Donkerzwart |
0 |
||
Dichtheid van Cyaan |
0 |
Pas de totale dichtheid van elke kleur aan met behulp een schaal van -3 tot +3. + : Donkerder gemaakt. - : Lichter gemaakt. |
|
Dichtheid van Magenta |
0 |
||
Dichtheid van Geel |
0 |
||
Dichtheid van Zwart |
0 |
||
Compensatie kleurvervorming |
|
Aanpassing kleurregistratie is uitgevoerd. |
|
Inktsimulatie |
Inktsimulatie |
UIT |
Stelt de inktsimulatie in. Deze instelling is alleen geactiveerd voor PS-taaltaken. |
UCR |
UCR |
Laag |
Past aan hoeveel onderkleurverwijdering wordt toegepast. |
Concentratie CMY100% |
Concentratie CMY100% |
Uitschakelen |
Selecteert of een halve tint of de volledige dichtheid voor C, M, Y gebruikt moet worden. |
CMYK-conversie |
CMYK-conversie |
AAN |
Selecteert of een eenvoudige (snelle) modus gebruikt moeten worden voor het uitvoeren van CMYK-conversie. Deze menu-instelling wordt uitgeschakeld wanneer de inktsimulatiefunctie gebruikt wordt. |
Menu Systeemconfiguratie
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
---|---|---|
Printertaal |
Auto |
Selecteert de emulatiestand. Wanneer de emulatiemodus op automatisch wordt ingesteld, wordt de juiste emulatie automatisch geselecteerd elke keer dat er een afdrukopdracht wordt ontvangen. |
Alarmvrijgave |
Handmatig |
Als [Handmatig] is ingesteld, kunnen niet-cruciale waarschuwingen, zoals verzoeken om een ander papierformaat, worden gewist door op [HERSTELLEN] te drukken. Als [Auto] is ingesteld, worden de waarschuwingen gewist, als de afdruktaak wordt hervat. |
Auto doorgaan |
UIT |
Stelt in of de machine automatisch herstelt van een geheugenoverloop. |
Foutenrapport |
UIT |
Stelt in of fouteninformatie wordt afgedrukt wanneer een PostScript-fout optreedt. |
PCL-setup
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
|
---|---|---|---|
Lettertypebron |
Resident |
Selecteert de locatie van het te gebruiken lettertype. |
|
Lettergr. |
I0 |
Selecteert de lettergrootte die gebruikt moet worden. Beschikbaar bereik: I0 tot I90 indien [Resident] is ingesteld/C1 tot C4 indien [Resident 2] is ingesteld. |
|
Lettertypeafstand |
10,00 CPI |
Stelt de breedte van het standaard PCL-lettertype in. Beschikbaar bereik: 0,44 tot 99,99 CPI. (stappen van 0,01 CPI) |
|
Letterhoogte |
12,00 punt(en) |
Stelt de hoogte in van het PCL-standaardlettertype. Beschikbaar bereik: 4,00 tot 999,75 punten. (stappen van 0,25 punt) |
|
Symboolset |
PC-8 |
Hiermee selecteert u een PCL-symboolset. |
|
A4-printbreedt |
78-kolom |
Stelt een aantal cijfers in voor automatische regelinvoer op A4-papier. |
|
Overslaan lege pagina's |
UIT |
Selecteert of lege pagina's worden afgedrukt. |
|
CR-functie |
CR |
Stelt de machinewerking in wanneer een CR-code wordt ontvangen. |
|
LF-functie |
LF |
Stelt de machinewerking in, wanneer een LF-code wordt ontvangen. |
|
Afdrukmarge |
Normaal |
Stelt het niet bedrukbare gebied van de pagina in. |
|
Echt zwart |
UIT |
Selecteert of zwarte afbeeldingsgegevens met een mix van CMYK afgedrukt moeten worden of met alleen zwarte toner. |
|
Penbreedteaanpassing |
AAN |
Stelt in of men dunne lijnen moet benadrukken, zodat de lijn dikker lijken. |
|
Lade-ID# |
Lade 1 |
1 |
Stelt een waarde in die een lade opgeeft bij de opdracht voor specificatie van de PCL-papierbron. Beschikbaar bereik: 1 tot 59 |
Lade 2 (optioneel) |
5 |
||
Lade 3 (optioneel) |
20 |
||
Lade 4 (optioneel) |
21 |
||
MP-lade |
4 |
PS-setup
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
---|---|---|
Lade L1 |
Type 1 |
Stel het nummer van de papierlade voor de operator op niveau 1 in. [Type 1]: Het effectieve nummer voor papierlades begint met 1. [Type 2]: Het effectieve nummer voor papierlades begint met 0. |
Network PS-protocol |
RAW |
Specificeert de modus van het protocol voor PS-communicatie van data van netwerk. |
USB-PS-protocol |
RAW |
Specificeert de modus van het protocol voor PS-communicatie van data van USB. |
Papierformaat PDF |
Huidige ladegrootte |
Stel het papierformaat in voor afdrukken met PDF Direct Print. |
PDF Schaalformaat |
99% |
Stelt de verkleiningsfactor in voor PDF wanneer [Papierformaat PDF] ingesteld is op [Formaat schalen]. |
XPS-instellingen
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
---|---|---|
DigitalSignature |
UIT |
Stelt de functies DigitalSignature in. |
DiscardControl |
Auto |
Stelt de functie DiscardControl in. |
MC-modus |
AAN |
Stelt de functie MarkupCompatibility in. |
Unzip-modus |
Snelheid |
Stelt de methode voor decompressie van het XPS-bestand in. |
Overslaan lege pagina's |
UIT |
Selecteert of lege pagina's worden afgedrukt naar XPS. |
IBM PPR-setup
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
---|---|---|
Tekenafstand |
10 CPI |
Specificeert tekenafstand in IBM PPR-emulatie. |
Lettertypedichtheid |
12CPI tot 20CPI |
Specificeert 12CPI-afstand voor de modus Condenseren. |
Tekenset |
SET-2 |
Specificeert een tekenset. |
Symboolset |
IBM-437 |
Specificeert een symboolset. |
Letter O-stijl |
Uitschakelen |
Specificeert de stijl die 9BH vervangt door letter o en 9DH vervangt door een nul. |
Nulteken |
Normaal |
Stelt de nul in om al dan niet met een extra schuine streep weergegeven te worden. |
Regelafstand |
6 LPI |
Specificeert de regelafstand. |
Overslaan lege pagina's |
UIT |
Selecteert of lege pagina's worden afgedrukt. |
CR-functie |
CR |
Selecteert een regelovergang van [CR] of [CR+LF]. |
LF-functie |
LF |
Selecteer een regelovergang van [LF] or [LF+CR]. |
Regellengte |
80-kolom |
Specificeert het aantal tekens per regel. |
Formulierlengte |
11,7 inch of 11 inch |
Specificeert de lengte van het papier. |
TOF-positie |
0,0 inch |
Geeft de afstand van de bovenste rand van het papier op, waar men moet snijden. |
Linkermarge |
0,0 inch |
Geeft de afstand van de linker rand van het papier op, waar men moet snijden. |
Aanp aan letter |
Uitschakelen of inschakelen |
Stelt de afdrukmodus in die het papier kan aanpassen aan het equivalent van het afdrukvlak tot 11 inch (66 regels). |
Teksthoogte |
Hetzelfde |
Stelt de hoogte van een teken in. HETZELFDE: De hoogte blijft hetzelfde onafhankelijk van CPI. VERSCHILLEND: De hoogte verschilt volgens CPI. |
Modus continu papier |
Uit |
Stelt de bewerkrichting van papier dat ondersteund wordt door A3-printer op Liggend. |
EPSON FX-setup
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
---|---|---|
Tekenafstand |
10 CPI |
Geeft tekenafstanden op. |
Tekenset |
SET-2 |
Specificeert een tekenset. |
Symboolset |
IBM-437 |
Specificeert een symboolset. |
Letter O-stijl |
Uitschakelen |
Specificeert de stijl die 9BH vervangt door letter o en 9DH vervangt door een nul. |
Nulteken |
Normaal |
Stelt de nul in om al dan niet met een extra schuine streep weergegeven te worden. |
Regelafstand |
6 LPI |
Specificeert de regelafstand. |
Overslaan lege pagina's |
UIT |
Selecteert of lege pagina's worden afgedrukt. |
CR-functie |
CR |
Selecteert een regelovergang van [CR] of [CR+LF]. |
Regellengte |
80-kolom |
Specificeert het aantal tekens per regel. |
Formulierlengte |
11,7 inch of 11 inch |
Specificeert de lengte van het papier. |
TOF-positie |
0,0 inch |
Geeft de afstand van de bovenste rand van het papier op, waar men moet snijden. |
Linkermarge |
0,0 inch |
Geeft de afstand van de linker rand van het papier op, waar men moet snijden. |
Aanp aan letter |
Uitschakelen of inschakelen |
Stelt de afdrukmodus in die het papier kan aanpassen aan het equivalent van het afdrukvlak tot 11 inch (66 regels). |
Teksthoogte |
Hetzelfde |
Stelt de hoogte van een teken in. HETZELFDE: De hoogte blijft hetzelfde onafhankelijk van CPI. VERSCHILLEND: De hoogte verschilt volgens CPI. |
Modus continu papier |
Uit |
Stelt de bewerkrichting van papier dat ondersteund wordt door A3-printer op Liggend. |
Taak voor Gecodeerd beveiligd instellen
Item |
Standaard fabrieksinstellingen |
Beschrijving |
---|---|---|
Taakoptie verifiëren |
Uitsch. |
Stel in of een taak eerst gecontroleerd moet worden voor het printen. Bij inschakeling verifieert het apparaat dat de taak voor het afdrukken niet is gewijzigd. De beveiliging is vergroot, maar het duurt langer voordat het apparaat begint af te drukken. |
Verwijder de taakoptie |
Definitief Verwijderen |
Stel in hoe een taak te verwijderen. U kunt de verwijderde data overschrijven, zodat het niet wordt hersteld. Indien ingeschakeld, duurt het langer om het te verwijderen. Beschikbare waarde: Niet overschrijven/Onmiddellijk Annuleren/Meerdere willekeurige overschrijvingen |
Bewaar de taak voor |
2 uur |
Stel de opslagperiode van de taken in. Wanneer de ingestelde periode voor opgeslagen taken verstrijkt, worden de taken automatisch verwijderd. Beschikbare waarde: 15 minuten/30 minuten/1 uur/2 uur/4 uur/8 uur/12 uur/1 dag/2 dagen/3 dagen/4 dagen/5 dagen/6 dagen/7 dagen |