Alvorens u de functie Scan naar gedeelde map gebruikt, registreert u op het apparaat een gedeelde map als bestemming.
Wanneer u Scan naar gedeelde map gebruikt, verzendt u gegevens naar het profiel dat u als bestemming hebt opgegeven.
Er kunnen maximaal 50 profielen worden geregistreerd.
-
Klik op [Start], en kies dan [All Programs] > [Okidata] > [Configuration Tool] > [Configuration Tool].
-
Kies de machine vanaf [Registered Device Table].
-
Kies het [User Setting] label.
-
Klik op [Profile Manager].
-
Voer het beheerderswachtwoord in en klik vervolgens op [OK].
Het standaardwachtwoord, dat in de fabriek is ingesteld, is "999999".
-
Klik op
(Nieuw).
-
Geef de naam in van een transmissie bestemming [Profile Name].
-
Kies [CIFS] for [Protocol] om een gedeelde map te registreren.
-
Voer het pad van de gedeelde map in die u heeft ingesteld op de computer in [Target URL].
-
Voer het poort nummer in dat gebruikt moet worden in [Port No.].
-
Wanneer toegang privileges zijn ingesteld naar de gedeelde map, voer de gebruikersnaam en wachtwoord in bij [User Name] en [Password].
-
Kies [Encode Communication] en [CIFS Character Set] wanneer nodig.
-
Klik op [File Name] wanneer nodig.
-
Klik op [Advanced], en stel dan de uitgebreide instellingen in.
-
Klik op [OK].
-
Klik op
(Naar apparaat opslaan).