In het verleden werden er lokale en regionale normen gebruikt voor de aanduiding van gevaarlijke eigenschappen van chemicaliën, ook wel bekend als gevarenklassen. Verschillen in de aanduiding van de eigenschappen van chemicaliën en de bijbehorende gevaren voor gebruikers door middel van etiketten en veiligheidsinformatiebladen (MSDS) zorgden voor verwarring.
In 2008 kwam er een einde aan deze inconsistenties voor zuivere chemicaliën en in 2015 voor mengsels en verbindingen. Nationale regelgevende instanties dwongen bij de Verenigde Naties nieuwe richtlijnen af voor de implementatie van een Globally Harmonised System (GHS) voor chemische classificatie en etikettering.
Om tegemoet te komen aan deze opdracht werden bedrijven en organisaties gedwongen om hun etiketteringsprocessen te wijzigen aangezien het nieuwe GHS-systeem vereiste dat er waarschuwingssymbolen, of pictogrammen, werden gebruikt met daaromheen een rode ruit. Het was de eerste keer dat het gebruik van in twee kleuren gedrukte etiketten was toegestaan. Voorheen werden etiketten in zwart-wit gedrukt Het GHS bepaalt ook de grootte van het etiket. Deze is afhankelijk van het volume van de verpakking en de informatie op een etiket.
Door deze regels kan het onpraktisch zijn om voorgedrukte etiketten op voorraad te hebben met steeds weer wisselende aantallen rode ruiten in meerdere formaten. Daarnaast kan de vaak voorkomende behoefte aan kleinere oplages van situatiegebonden etiketten leiden tot financiële gevolgen voor bedrijven als dit niet zorgvuldig wordt beheerd.